Begin jaren vijftig waren er in Washington vurige debatten over de vraag hoeveel manschappen, materieel en politieke energie de Verenigde Staten in Europa moesten investeren. Uiteindelijk trokken pleitbezorgers voor grootscheepse steun aan Europa aan het langste eind. Het waren niet de gebeurtenissen in Europa of vriendschapsbanden die de doorslag gaven, zoals Europeanen weleens denken. Nee, bepalend was het gewapende conflict in Korea, aan de andere kant van de wereld. Communistisch China en de Sovjet-Unie steunden Noord-Korea, zo fervent dat de Amerikanen besloten om massaal in Europa te investeren om te voorkomen dat de communisten daar een walk-over zouden hebben. De communistische opmars in Europa stoppen was hun topprioriteit. En hoewel er zelfs toen in Washington onenigheid was over de vraag hoe lang Amerikaanse troepen moesten blijven – tien jaar, vijftien? – zijn ze tot nu toe gebleven.
Dit artikel bevat in totaal 638 woorden.