Een team van sterrenkundigen van de Universiteit van Hawaï is er voor het eerst in geslaagd om een immense bel van sterrenstelsels te identificeren, een bel op 820 miljoen lichtjaar afstand van de aarde en een kosmisch fossiel, een overblijfsel van het allervroegste heelal. Brent Tully en zijn team vonden de bel en ze noemden hem Hoʻoleilana, a een naam afkomstig uit de Kumulipo, dat is een Hawaïaans lied over de oorsprong van het universum. Men denkt dat Hoʻoleilana een Baryonische Accoustische Oscillatie (BAO) en als dat klopt dat is dit voor het eerst dat ze één enkele BAO hebben geïdentificeerd. Ze zijn het gevolg van golven in het hete plasma in het vroege heelal (vóór het moment van het oppervlak van de laatste verstrooing, 380.000 jaar na de oerknal), die zich als uitdijende geluidsgolven in een medium gedroegen en die zich vanuit een centraal punt naar buiten toe verspreidden. Er waren op dat moment twee tegengestelde krachten met elkaar in strijd: de zwaartekracht van de (donkere) materie en de druk van de straling (fotonen). Die strijd leidde tot rimpels of golven en die golven, met verhoogde dichtheid in het plasma, breidden zich uit tót het moment dat het plasma door het uitdijende heelal zo ver was afgekoeld dat de elektronen en atoomkernen konden fuseren tot neutrale atomen. Dat gebeurde 380.000 jaar na de oerknal, toen het plasma 3000K heet was. Toen stopten die BAO’s met groeien en hadden ze een bepaalde grootte, die als het ware ‘bevroor’. Omdat de dichtheid in de golven groter was dan elders groeiden die golven later uit tot de plekken waar zich meer sterrenstelsels zich bevinden. De straal van de BAO’s is circa 490 miljoen lichtjaar, in overeenstemming met was ze bij Hoʻoleilana hebben gevonden, die van de ene naar de andere kant pakweg een miljard lichtjaar groot is.
Dit artikel bevat in totaal 614 woorden.
Lees het volledig artikel