In het Van Gogh Museum in Amsterdam is vanaf deze donderdag het impressionistische schilderij Liggend meisje in het gras (1882) van Camille Pissarro te zien. Tegelijkertijd is een bijna gelijknamig boek gepresenteerd, Meisje in het gras. Dat boek vertelt de levensgeschiedenis van Jaap en Ellen van den Bergh, de Joodse eigenaars van het schilderij die zich in 1943 gedwongen zagen het te verkopen. Van de opbrengst betaalden ze de verzorging van hun twee dochtertjes in kinderpension De Viersprong in Driebergen, zelf waren ze in 1942 ondergedoken in Heemstede. Jaap en Ellen overleefden de oorlog, Rosemarie (1936-1944) en Marianne (1939-1944) werden verraden en zijn vermoord in Auschwitz.
Dit artikel bevat in totaal 1200 woorden.