Stuitte op zoek naar iets heel anders weer eens op J.C. Bloems gedicht ‘November’ (‘altijd november, altijd regen’) met daarin die regels die ik altijd zo vreselijk vind: „En in de kamer, waar gelaten/ Het daaglijks leven wordt verricht,/ Schijnt uit de troosteloze straten/ Een ongekleurd namiddaglicht.” Die afgrondelijke somberte, vooral door dat woord ‘gelaten’ en de bewering dat het dagelijks leven wordt ‘verricht’. Ja hoor. We waren liever dood, is dat wat Bloem hier wil zeggen?
Dit artikel bevat in totaal 568 woorden.