Ik ben dus allesbehalve blij, want Jonna gaat daadwerkelijk weg. Heel ver weg. En voor heel erg lang. Dat betekent dat ik ergens voor de komende zomer weer solo ben. Wéér een verlaten man. Niet omdat ze niet meer van me houdt, maar omdat ze van iets anders nóg meer houdt. Van mensen helpen. En wie ben ik om haar bij zoiets nobels in de weg te staan? Maar toch; het steekt. En het maakt me wanhopig. Heb ik eindelijk iemand gevonden die ik om me heen verdraag én die mij verdraagt, is het sprookje ook alweer voorbij. Ik word daar mismoedig van.
Dit artikel bevat in totaal 473 woorden.