‘Tja, het leven is hard en bonkig.’ De dooddoener komt thuis geregeld voorbij. Dochterlief zwaar tegenwind gehad op de fiets van school naar huis? Hard en bonkig dat leven. Een 5 voor het proefwerk in plaats van een 5,5? Zó hard en bonkig...
Dit artikel bevat in totaal 43 woorden.