Er zijn twee kandidaten voor het partijvoorzitterschap van D66. NRC geeft aan één van beiden bijna een hele pagina om zijn kandidatuur toe te lichten: Janarthanan Sundaram ( ‘Er zijn meer atypische mensen nodig’ , 27/10). Deze mag zich vrijelijk afzetten tegen zijn rivaal Victor Evenhardt, wethouder in Amsterdam. Volgens Sundaram zou er een gebrek aan kansengelijkheid zijn. Er zouden vooral kansen liggen voor „witte mannen boven de vijftig met jarenlange bestuurservaring” – lees mensen als Evenhardt. Sundaram kent of de partij niet goed of hij voert een oneerlijke verkiezingsstrategie uit. Hij suggereert een tweedeling in D66 tussen ‘wit’ Den Haag en diversiteit in de provincie. Sundaram diskwalificeert zich ook door zichzelf tegen te spreken. Eerst voorziet hij voor zichzelf geen politieke rol als voorzitter („wat in het politieke gremium gebeurt maakt me niet uit”). Vervolgens zegt hij dat de partijbesturen de impasse hadden kunnen doorbreken door gezamenlijk een links bolwerk te vormen. Ook vindt hij dat Sigrid Kaag nu alsnog voor een linkse coalitie moet gaan. De ruime aandacht voor één van de twee kandidaten was geen voorbeeld van kansengelijkheid en journalistieke evenwichtigheid. Maar verhelderend was het wel.
Dit artikel bevat in totaal 615 woorden.